ZIE ONS
Maaike Metsje Visser
‘TOEKIJKEN IS GEEN OPTIE MEER’
Tekst Karen de Jager Beeld Robert Meerding

IN EEN BAR BESPREEK JE SAMEN WAT IN JOUW BRANCHE BETER KAN
Eigenlijk was het een simpele keuze voor Maaike Metsje Visser: óf haar carrière in de gehandicaptenzorg overboord gooien, óf de strijd aanbinden voor betere werkomstandigheden, een beter loon en meer tijd voor haar cliënten. En bijdragen aan de keuzes die de FNV maakt.
November 2021 werd Maaike Metsje Visser lid van de Branche Advies Raad (BAR), vanaf mei dit jaar als vicevoorzitter en sinds oktober als voorzitter. De BAR is de eerste laag in de ledendemocratie waar de stemmen van de werkvloer langzaam opborrelen richting de beleidsmakers van de bond. ‘Ik ben al jaren lid van de FNV, maar had me erbij neergelegd hoe het er in onze branche aan toe ging, dat werkgevers het goed bedoelen. Dat laatste denk ik overigens nog steeds, maar ik heb wel geleerd dat werknemers en werkgevers een andere taal spreken. Dat wat wij ‘goede zorg noemen’ niet altijd is wat de organisatie onder ‘goede zorg verstaat’.
Confronterend
Tijdens de pandemie liepen Kamerleden weg bij de stemming voor een hoger loon voor zorgpersoneel. In dezelfde periode ontving Maaike Metsje Visser een brief waarin vermeld werd dat ze in schaal 35 zat, terwijl ze dacht dat ze in 40 zat. En dan corona. De schellen vielen haar van de ogen. ‘Het was zo moeilijk. Ouders die voor een tijdelijke periode afstand moesten houden van hun kind. Cliënten die zich terugtrokken, of juist druk werden. Zieke collega’s. Nog minder tijd beschikbaar om iets ‘leuks’ met cliënten te doen, meer dan hen wassen, aankleden en voor eten zorgen. ‘Ik heb een cliënt met een spraakcomputer, maar we hadden niet voldoende tijd om haar te leren hoe ze ermee moet omgaan. Zo had ze nog steeds geen stem. En na de coronapandemie werd het niet beter. Ze wil graag leren lezen, daar is geen tijd voor. De werkdruk die voor corona al hoog was, is alleen maar hoger geworden. Door ziekteverzuim en onderbezetting werken we regelmatig met uitzendkrachten die de cliënten niet goed genoeg kennen om de kleine dingen te herkennen, die invloed hebben op hoe ze de rest van de dag zijn. Ik zie collega’s uitvallen met een burn-out en of ander werk zoeken. In dat stadium bevond ik me zelf ook. Maar mijn cliënten zijn mijn familie. Die wilde ik niet in de steek laten. Dus besloot ik dat ik alles op alles wilde zetten om onze branche te redden.’ Eerst als kaderlid, vervolgens als ambassadeur van het Comité van de Onmisbaren, een groep werknemers uit diverse cruciale beroepen die is opgericht tijdens corona. In die rol werd ze voor NPO1 geïnterviewd door Humberto Tan. Daarna stapte ze in de BAR.
‘WE MOETEN NIET VERGETEN HOE BIJZONDER ONS WERK IS’
Maaike Metsje Visser was acht jaar toen ze haar hart verloor aan de gehandicaptenzorg. Op de bruiloft van een neef had één van de gasten een beperking. ‘Ik vond hem direct interessant. En zonder woorden uit te wisselen, zag ik dat hij bijzonder was. Hij droeg een felgekleurde blouse en een grote hoed. Deze dag is bepalend geweest. Vanaf mijn 17e werk ik in de gehandicaptenzorg. Ik liep stage in Londen op een woonlocatie voor volwassenen met een beperking, werkte als vrijwilliger in Letland bij een instelling en ondersteunde een familie waarvan de dochter een ernstige en meervoudige beperking heeft. Elke keer weer zie je wat je voor iemand kan doen. Hoe je met creativiteit kunt zorgen dat ieder mens de mogelijkheid krijgt om zich verder te ontwikkelen, ongeacht de beperking die hij of zij heeft. Dat is belangrijk voor hen, net zo belangrijk als het voor ons is.’
Óp naar Den Haag
Maaike Metsje Visser hoort haar collega’s vaak zeggen dat het genoeg is, maar daar blijft het vaak bij. ‘Hoe goed zou het zijn als die collega’s lid zouden worden, en nog beter: actief lid. Dat hoeft niet per se in de BAR, je kunt ook meewerken aan een bepaald project. De plannen voor het komende jaar worden nu gesmeed. Eén daarvan is om de Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland aan haar woord te houden om samen op te trekken naar politiek Den Haag. Met de laatste cao zijn we nog niet waar we zouden willen zijn. Een aantal leden die zich voor die cao had ingezet, heeft zich verenigd in een actiegroep. Die gaan met ondersteuning van de FNV daarmee aan de slag, en zoeken naar mogelijkheden om de VGN daarin mee te nemen.'
Moed houden
'In de BAR delen we wat er gaande is op ons werk, we geven elkaar tips. Echt belangrijke zaken pakken we direct aan. Er zijn werkgroepen die op onderzoek uitgaan en aan de BAR rapporteren. Dan bespreken we wat en hoe we daar wat mee gaan doen. Maar we hebben het ook over ons mooie vak. Om de moed erin te houden? Misschien. Met alle problemen waarmee we te maken hebben, moeten we niet vergeten hoe bijzonder ons werk is. Ik leer elke dag van mijn cliënten: hoe je van kleine dingen kunt genieten. Dat mooie dingen in het leven soms simpel zijn. Ik heb een cliënte, een leeftijdsgenoot, die graag hoort wat ik in mijn vrije tijd doe. Waar ik bijvoorbeeld op vakantie was. Dan kijken we samen foto’s en krijgt ze een kijkje in de ‘andere’ wereld en hoort ze erbij. Dat betekent veel.’

ALLES OP ALLES ZETTEN OM ONZE BRANCHE TE REDDEN
HOE HEBBEN WE INSPRAAK OP DE KEUZES VAN DE FNV?
Branche Advies Raden (BAR)
In elke Branche Advies Raad zitten uitsluitend leden uit één branche, zoals thuiszorg, gehandicaptenzorg, jeugdzorg, of ziekenhuizen. In een BAR bespreek je samen wat in jouw branche beter kan. Met de conclusies gaan de branche en branchebestuurders aan de slag. Als conclusies ook anderen raken, dan leggen we het onderwerp neer bij de Sectorraad.
Sectorraad Zorg & Welzijn
Leden uit alle branches van Zorg & Welzijn ontmoeten elkaar in deze raad. Ze krijgen input van de Branche Advies Raden en het Ledenparlement. Doen voorstellen voor arbeidsvoorwaarden en cao-onderhandelingen. Maken een inhoudelijk plan voor het komende jaar.
Ledenparlement
Bepaalt het beleid. Kun je zien als onze ‘Tweede Kamer’. Telt 103 zetels, waarvan 13 voor Zorg & Welzijn. Besluiten gaan naar het FNV-bestuur.
FNV-bestuur
Bereidt het beleid voor en geeft er uitvoering aan.